Gisteren was zo’n dag.
Zo’n dag die, qua opstaan, al helemaal verkeerd begint.
Zo’n dag die onvermijdelijk volgt op een weemoedig weekend.
Nergens zin in.
(en dat terwijl ik het leukste werk van de wereld heb.)
Ruzie met de kinderen.
(nou vooruit, die waren ook wel behoorlijk aan het klieren, daar zou iedereen, zelfs op een ronduit geweldige dag, kriegel van worden.)
Ruzie met de man.
(niets echtscheidingswaardig, maar wel zo’n ruzietje waarbij je veel te oud pluizig donkerblauw petje koppelt aan de afwasmachine die niet uitgeruimd was, drie weken geleden, om kwart voor zeven ’s ochtends. Oftewel: de welbekende hoe-kan-ik-ooit-mijn-werk-doen-als-NIETS-en-NIEMAND-meewerkt-ruzie.)
Ruzie met mezelf, ook.
(‘Sta nou op.'”Nee, ik ben moe.'”Ja, maar sta nou gewoon op!’ “Ik heb geen zin.’ “STA OP, NU!”)
Ruzie met mijn fiets.
(die spontaan zijn stuurkrat los liet, waardoor ‘ie, met inhoud, goddank geen laptop, op straat kletterde)
Ruzie met medeweggebruikers.
(die totaal geen rekening hielden met mijn toch al tere gemoedstoestand, gewoon door rood reden, tegen het verkeer infietsten met een sliert wiebelige kindertjes in hun kielzog, hun neus in de lucht vlak voor mij snuitten (zonder zakdoek, ik vind dat zo’n smerige gewoonte))
Ruzie met mijn telefoon.
(leeg, net als ik – al voor de dag begon)
Ruzie met de soep, zelfs.
(die het gore lef had te mislukken terwijl ik er een hele middag keihard aan gewerkt had, met godbetert mijn prachtige nieuwe soeplepel)
Zo’n dag waarop je, continu, aan de rafelrandjes van je leven zit te plukken, en waarop het maar niet lukt om de grappige details, het mooie patroon, dat bijzondere stuk-in-wording te overzien.
Zo’n dag waarop je alleen de plekken waar je misknipte ziet – en dan ook állemaal, loepzuiver.
Zo’n dag.
Gelukkig is het vandaag weer morgen.
he wat een heerlijk grappig verhaal! Fijn dat we nu weer een nieuwe dag hebben he Diana van Ewijk en dat we je… http://t.co/hefT2eihkN