Gedachten
comments 6

Vagelijk bekend. Of: geen Sinterklaasjournaalstress.

IMG_4575.JPG

Ik: “Zeg Jet, ken jij deze meneer ergens van?”
Zij*: “… Uh…”
Ze twijfelt, tuurt ingespannen naar de foto; ze geeft namelijk graag het goede antwoord als haar een vraag gesteld wordt.
“… Uh… nou ja, hij lijkt een beetje op een Piet….?”
Ik: “Oh, maar dit is geen Piet hoor. Deze meneer heet Erik.**”
Zij: “Erik?” Ze kijkt nog eens goed. “Nee, dan ken ik ‘m niet.”

Nee, Jet zit nog lang niet in de  concreet-operationele fase ***.
En dat laten we graag zo.
Want of het nu gaat om de Paashaas, Boedha, Jezus of Sinterklaas: Hij bestaat als je in  Hem (of Haar, voor de alternatiefdenkenden onder ons) gelooft. Lang leve het magisch denken.

Sinterklaasjournaalstress?

Ik heb dus geen behoefte aan een  workshop om om te leren gaan met Sinterklaasjournaalstress.
Maar ik ben wel op zoek naar een manier om het grote niet-geloven straks goed te begeleiden. Deze tip van pedagoog en initiatiefnemer van de Opvoeddesk Emmeliek Boost vind ik erg goed:

“Tussen de 6 en 8 jaar gaan de meeste kinderen aan het bestaan van de Sint twijfelen. Je hoeft in die fase als ouder geen eenduidig antwoord te geven. Je redt het prima met een wedervraag: ‘Waarom denk je dat?’ Wacht met de waarheid totdat er duidelijk signalen komen. In groep 6 wordt verwacht dat kinderen niet meer geloven. Zorg dat je dan de sintlegende rond de herfstvakantie uitlegt en dus niet vlak voor de aankomst van Sint.

Soms reageren kinderen teleurgesteld. Vertel dat zij nu zelf zo groot zijn dat zij ook een Sint kunnen zijn voor anderen. Met grapjes, surprises en kleine attenties. Zo wordt duidelijk dat het de moeite waard is om eerst ‘heilig te geloven’ om daarna de sintgedachte ook weer door te geven.”

uit: ‘Geen stress, kies voor een langzame december’, Trouw, 26.11.2011

Vooral die laatste tip vind ik erg mooi, jij?

*)
Ze is zes jaar, en kijkt elke dag, het liefst twéé keer, het Sinterklaasjournaal.
Ze weet exact hoe alle Pieten heten, ze kan tot in de kleinste details navertellen welke drama’s er spelen in het Pietenhuis, en ze is groot fan van HoofdPiet.

**)
Mooi interview met Erik van Muiswinkel***, alias HoofdPiet, in De Volkskrant . Foto door Robin de Puy.

***)
Haar grote zus wel. Die gelooft in Sinterklaas omdat ze het anders zielig voor Hem vindt.  Of, zoals zij dat zegt: “Niet alle kinderen weten dat Sinterklaas niet meer bestaat als er niemand meer in Hem gelooft. Dus blijf ik voor altijd in Hem geloven.”
Ja, Geloof is een ingewikkeld ding.

Comments

comments

In categorie: Gedachten

door

Diana van Ewijk is, naast officieel Soephoofd, ook kapitein van het #KliekjesCollectief en social mediamanager in #BlueCity010. Een storyteller met de focus op foodwaste!

6 comments

  1. mirjam zegt

    Ik vertelde het mijn 8-jarige dochter 2 dagen voor de intocht. Waarschijnlijk niet pedagogisch omdat de doen, maar twee jaar eerder had ik het mijn oudste dochter al verteld op de dag van aankomst. De stress werd teveel. De oudste was destijds erg opgelucht, ik ook , want ik kon ’s nachts weer slapen. Tijdens het drinken van warme chocomelk, op de ochtend van aankomst- bij de Hema keek ze me opgelucht aan. Vanaf toen werd het voor haar alleen maar leuker, ze moest dit ‘grote geheim’ stil houden voor haar zusje…en wie er nu wel of niet van haar vriendinnetjes geloofden wist ik ook niet. We kochten die ochtend twee schoen kadootjes, één voor haar en één voor haar zusje. De opluchting in haar ogen de volgende morgen waarin ze fluisterde ‘mama, jij bent dus de echte Sinterklaas’… precies ja!
    Dit jaar hetzelfde, het werd jongste dochter echt teveel, de stress van Sinterklaas maar ook een spreekbeurt die ze nog moest doen. Wantrouwend was ze al wel, alleen bedacht ze voor alles een oplossing, dat is nou het mooie van geloof. Als je wilt geloven, dan bedenk je wel iets. Natuurlijk kan Sinterklaas niet overal komen in één nacht, maar hij kan de tijd stilzetten (daar merken wij toch niets van want wij slapen). Wel riep ze meteen “Oja, bestaat hij niet?” …. “bewijs dat dan maar”. Tja, … euh….. natuurlijk dacht il. Ik rende naar de kast en trok er een paar enveloppen uit. In die enveloppen bewaarde ik per jaar de verlanglijstjes en de tekeningen. Ze was gelijk om. Ook wij kochten een schoen kadootje voor haar en haar ongelovige zus (die het nog niet wist dat zij het wist). Dat zelf gekochte schoenkadootje is voor mijn dochters altijd het ultieme bewijs geweest dat Sinterklaas niet bestaat.
    Ze kijken trouwens beide nog graag naar het Sinterklaas journaal. Het viel mijn jongste dochter wel gelijk op de volgende dag nadat ze het wist, dat fluiterpiet wel heel erg veel lijkt op postbode Siemen uit Zaai 😉

  2. Pingback: Verwijderstress. Of: hoe ik 803 foto-momenten weggooide.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *