Columns
comments 2

Mooie meisjeskleren

IMG_2670.JPG

‘Even bij een vriendinnetje spelen, mam’, ging ze, gisteren. Ze kwam thuis met een zelfgetimmerde stoel, een hoofd vol sterke klusverhalen en een broek vol gaten.
‘Nou, Léna…” begon ik… en toen viel ik stil. Want ineens hoorde ik het. Ik klonk precies als…

… mijn moeder.

Vroeger, toen ik zelf een jaar of acht, negen was, moest ik na school altijd eerst naar huis…

… vóór ik bij een vriendinnetje mocht spelen.
Elke dag.
Niet per sé om gezellig thee te drinken, nee – om me om te kleden. Mijn mooie meisjeskleren moesten uit, en een helderblauw trainingspak, met knalgele strepen op de zijkanten, moest aan.

Stom, vond ik dat.

Niet om dat pak, want dat zat heerlijk.
In die mooie meisjeskleren kon je toch niet echt lekker belletje-lellen, spionnetje spelen of boomklimmen.

Stom, omdat ik nooit eens bij ándere mensen thuis thee kon drinken.

Dat was altijd allang weer op, tegen de tijd dat ík aan kwam kakken. Met een beetje pech lagen de koekkruimels nog op tafel als ik binnen kwam zeilen. Koekkruimels van koekjes die we thuis nooit hadden.

Ik mopperde en mekkerde, maar mijn moeder gaf geen duimbreed toe.

Vóór ik bij een vriendinnetje ging spelen, moest ik me thuis omkleden.
“Waarom?” vroeg ik, bijna dagelijks.
Dáárom.
“Maar waaróm dan?” wilde ik precies weten.

“Anders gaan je kleren stuk,” zei ze – en dat was dat.

“Nou én,” dacht ik dan, elke keer weer. “Dan kopen we toch nieuwe?”
Ik zag het probleem niet.
Als kind zie je heel andere problemen dan de volwassenen waarmee je het huis deelt.

Bovendien: kinderen hebben een bijzonder selectief geheugen.

Ik wist exact te reproduceren hoeveel snoepjes mijn broertje méér had gekregen, twee maanden geleden, toen we de MiniPlaybackshow* keken. Ik kon precies navertellen waar de stippen op het lijf van dat lieve hondje, dat we in de zomervakantie op die Gelderse camping zagen, zaten.
Mijn geheugen was feilloos, op veel vlakken. Vooral op de vlakken die voor mij van levensbelang waren.
De rest was ik zo vergeten.

Als kind vergeet je die helse bezoeken aan de kinderkledingwinkel.

Pffft, en weg is het weer.
Winkelen is, voor kinderen, een vervelend oponthoud. Zoiets als je jas aantrekken voor je naar buitengaat, of je handen wassen na het plassen.
Irritant, maar het hoort erbij.

Winkelen is voor moeders een bezigheid waarvan de stressvlekken dagen later nóg in je nek staan.

Althans – voor deze moeder.
Winkelen, voor kinderkleding, met de desbetreffende kinderen op sleeptouw, is voor mij zoiets als je jas, je trui, je shirt, je hemd en je onderbroek úittrekken voor je naar buitengaat. En dat het buiten dan 15 graden vriest, en dat alle buren net even uit hun raam stonden te kijken.

Daarom kocht ik, tot voor kort, alleen maar kinderkleren die kapot mochten.

Kleren waar ze niet zuinig op hoefden te zijn.
Kleren waar al gaten inzaten, zodat ze naar hartelust door stekelstruikjes konden banjeren.
Niet uit knieperigheid, maar omdat ik vind dat kinderen moeten kunnen spelen – zonder moeder op hun nek die gilt dat hun witkanten jurkje niet vies mag worden.
En omdat ik dus voor geen goud die kinderkledingwinkel inga, met ze.

Negen jaar lang was dat het ei van Eureka.

Negen jaar lang kon het me simpelweg niet bommen, als ze weer eens een gat in haar knie viel, of met mysterieuze, onuitwasbare vlekken op haar trui thuiskwam.
Negen jaar lang mocht mijn kind direct uit school bij een vriendinnetje op de thee.
Negen jaar lang mocht alles wat ze had weer kapot.

Een held, voelde ik me.
Een moeder die het toch best aardig voor elkaar had, zo.

Tot afgelopen januari – toen zwichtte ik alsnog.

In de SALE-SALE-SALE natuurlijk.

Ik keek na Kerst de kledingkast van mijn dochters door.
Mmm, toch wel veel stuk. Of te klein. Of eigenlijk te gepild, gescheurd of gehavend om nog met goed fatsoen aan te trekken.

Toen kwam ik op een onzalig idee.

Ik kwam namelijk op het idee om met mijn negenjarige, Movie Star Planet**-verslaafde dochter te gaan shoppen.
Shoppen, ja.

Urenlang stond ik in een afgrijselijke winkel te wachten,

naast een pashokje met daarin mijn uitzinnige dochter, die de ene hippe harembroek na het andere kekke naveltruitje kwam showen. Broeken met zware gouden ritsen die geen ander doel hadden dan een glimmend accent geven. Shirtjes in grijs-melée, met de tekst ‘You rock’ in koperkleurige studs. Rokjes zo strak dat ze er geen stap mee kon verzetten – maar die daarom juist gaaf waren.

Eerlijk is eerlijk: het stond haar allemaal prachtig.

En het was in de SALE-SALE-SALE, dus ik ging overstag.
Ik bedoel: nog eens 50% korting op een shirt dat al 70% was afgeprijsd? Een shirt dat mijn met smekende zeehondjesblik-toegeruste dochter echt dolgraag wilde hebben?
Waarom niet?

We kochten een flinke stapel stoere meidenkleren.

Of nou ja… stoer.
Het ziet er stoer uit, die mooie meisjeskleren – maar daar is ook alles mee gezegd.
De stof is zo dun, dat je alleen maar aan iets stoers hoeft te dénken, en er zit al een gat in. Laat staan als je er, direct uit school, mee bij een vriendinnetje gaat spelen, waar je zelf een stoel in elkaar mag timmeren.

Met weemoed denk ik terug aan de dagen van het onverwoestbare, blauwgeelgestreepte trainingspak.

En heel af en toe zie ik zo’n fijn speelpak hangen, voor weinig.
Zal ik niet toch…?

Ik bedoel: het is toch best gezellig, als ze eerst even thuis thee komt drinken, elke dag?

 

 

*)

Henny Huisman! Die altijd, heel toevallig, precies de kleren had hangen die je nodig had voor je act.

**)

MSP

Voor wie geen pré-puberende dochters in huis heeft: dit is Movie Star Planet. Het draait er, voor zover ik kan beoordelen, op het verdienen van punten met mooie outfits, waarmee je dan weer nog meer mooie outfits samen kunt stellen. Sexy selfies, roem, VIPs en elkaar continu beoordelen op uiterlijk… Movie Star Planet symboliseert echt alles waar ik tegen ben, maar zij vindt het fantastisch.

 

Comments

comments

In categorie: Columns

door

Diana van Ewijk is, naast officieel Soephoofd, ook kapitein van het #KliekjesCollectief en social mediamanager in #BlueCity010. Een storyteller met de focus op foodwaste!

2 comments

  1. Lang leve webwinkelen!! ;-)) In den beginne van het moederschap liet ik mooie kleren in de kast hangen voor ‘netjes’ met als gevolg dat ze dat mooie jurkje maar 2 of 3 keer aanhadden. Doodzonde dan maar mooie kleren met gaten en vlekken en een relaxte moeder 😉

Laat een reactie achter bij Diana van Ewijk Reactie annuleren

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *